Bijdrage: bestuurs­pro­gramma

Dankuwel voorzitter,

Met belangstelling hebben wij het bestuursprogramma gelezen, wij zijn blij te lezen dat de formerende partijen willen kiezen voor een toekomstbestendige planeet en daarvoor - binnen de mogelijkheden van het waterschap - te willen doen wat nodig is. Wij zien daarom graag de voorstellen vanuit het dagelijks bestuur zo snel mogelijk tegemoet! Want in de steeds groter wordende biodiversiteit-, vervuiling- en klimaatcrisis is snelheid geboden.

Via amendementen stellen we een aantal aanpassingen voor om het programma enerzijds te verhelderen en anderzijds aan te scherpen. We verwachten dat het in lijn ligt met wat het bestuur ook voor ogen heeft. De fractie Partij voor de Dieren wil vanavond twee hoofdpunten uitlichten. 1) De versnelling in verband met de klimaatcrisis en 2) Dierenwelzijn.

Wij realiseren ons hier allemaal dat de opwarming van de Aarde en de daarbij horende gevolgen een versnelling laat zien en we ons inmiddels op (voor de mens) onbekend terrein begeven. Gegeven die versnelling, vinden wij het een groot risico om nog langer met het jaartal 2050 te werken, als het jaar waarin onze waterhuishouding en leefomgeving uiterlijk toekomstbestendig moet zijn. We weten dat we helaas niet langer de luxe hebben om de gehele periode tot aan 2050 hiervoor te nemen. Als waterschap dragen wij een grote verantwoordelijkheid in de klimaatadaptatie op de gevolgen van de wereldwijde opwarming.

Wij willen dat het waterschap daarom doet wat nodig is om de met de opwarming gepaarde steeds grotere consequenties en risico’s zoals natte voeten, verslechtering van de bodem door langdurige droogte en wisselende waterstanden, en drinkwatertekorten te voorkomen. We zullen daarom adaptief en proactief moeten zijn op basis van de laatste wetenschappelijke inzichten en daarom een jaartal enkel nog met grote voorzichtigheid gebruiken. De communicatie naar partners zal daarop aangepast dienen te worden om daar de komende jaren een consistente lijn te kunnen behouden.

We maken ons daarom óók zorgen over de tijd die genomen wordt om anderen mee te nemen in de grote opgave die voor ons ligt: uiteraard heel goed dat we iedereen meenemen en de tijd geven om mee te komen, maar klimaatverandering is niet nieuw voor mensen. Het gaat er al decennialang over, maar we schuiven het vanwege kortetermijnbelangen nog steeds te veel voor ons uit ten koste van anderen. We vinden daarom de periode van het verleidende beleid tot 2030 te lang. Kan dit écht niet een aantal jaar korter? Waarom 7 jaar en niet 3 of 5? Is 2030 wetenschappelijk onderbouwd of eerder een mooi rond getal?

Indien het bestuur deze periode niet wil verkorten, dan pleiten wij ervoor dat de periode tot aan 2030 wordt gebruikt om waterdicht stevig beleid te verankeren dat uiterlijk 2030 van kracht gaat. Dit zodat we vanaf 2030 wel écht stevig in kunnen gaan grijpen op noodzakelijke veranderingen die dan nog met de verleidingstactiek niet zijn gelukt. Het bestuursprogramma beargumenteert de verleidingsstrategie als behoorlijk bestuur. Wij zijn van mening dat behoorlijk bestuur inhoudt díe maatregelen te nemen die nodig zijn om te voldoen aan wet- en regelgeving en het zoveel mogelijk voorkomen van de gevolgen en risico’s van de versnelde opwarming. Dus, niet treuzelen maar de noodzakelijke maatregelen durven nemen, we kijken hiernaar uit de komende periode.

Bij spoor 2 in het bestuursprogramma wordt gesproken over een Europees verbod op achteruitgang en de noodzakelijke aanpassing van de Waterschapsverordening. Aangezien dit verbod al van kracht is, verwachten wij dat de aanpassing op zeer korte termijn gedaan zal worden. Kunt u toezeggen dat nog dit jaar te regelen?

Verder wordt geschreven dat het waterschap vanaf 2025 energieneutraal wil kunnen werken, een mooie ambitie! We gaan ervan uit dat dit dan ook strak verwerkt zit in ons inkoopbeleid en dat rekening is gehouden met vervroegde afschrijvingen van niet-energieneutrale producten en diensten. Denk bijvoorbeeld aan vervoer op land en water.

Dan kom ik bij punt 2: dierenwelzijn.

We zijn teleurgesteld dat niet gekozen is om een portefeuillehouder dierenwelzijn aan te stellen. Temeer omdat we begrepen hadden dat het bestuur de natuur een grotere stem wilde geven. Op gebied van dierenwelzijn is nog veel winst te behalen. Op de open dag hebben we tot ons afgrijzen gezien hoe er over de zogenaamde “plaagdieren” naar bezoekers inclusief kinderen eenzijdig wordt gecommuniceerd en martelwerktuigen met trots staan opgesteld.

We zijn blij te zien dat in het bestuursprogramma sportvisserij niet langer als recreatie wordt aangemerkt. Wel vinden we het zorgelijk dat deze dieronvriendelijke praktijken door het Waterschap gefaciliteerd blijven worden. Dat ‘sportvisserij’ zelfs apart benoemd wordt als zogenaamde taak van het Waterschap en de term “sportvisserij” door dit bestuur gebruikt wordt voor een spel waar één van de deelnemende partijen niet vrijwillig aan meedoet. En we zien nog een aantal termen die aangeven dat we echt ver van de natuur af zijn gaan staan, zoals ‘faunabeheereenheid en plaagsoorten’. Op gebied van dierenwelzijn is er nog een lange weg te gaan. Dit bestuur lijkt hiermee nog in het verleden te leven waar wetenschappelijk gezien al lang de noodzaak is aangegeven om in balans en met respect met onze mede-aardbewoners te leven, ook voor ons eigen voortbestaan. We zullen dus echt een andere houding ten opzichte van de natuur moeten aannemen. Zorgen dat we gaan leven mét de natuur in plaats van ertegen. De natuur kan echt wel zonder ons, maar wij niet zonder de natuur. Wij zullen de komende vier jaar hier dus herhaaldelijk aandacht voor vragen.

En aan iedereen die hier de komende vier jaar geïrriteerd over zal zijn: het zijn niet wíj, het is úw geweten dat dan knaagt.

Tweede termijn:

Dankuwel voorzitter,

Alle betogen gehoord hebbende zijn wij erg blij dat de urgentie van de biodiversiteits- en klimaatcrisis, de daarbij gepaard gaande droogte en risico’s zoals natte voeten, verslechtering van de bodem, en dat we drinkwatertekorten moeten breed gevoeld wordt.

Als partij zijn we blij dat er breed belang wordt gehecht aan het behalen van de KRW en dat komende jaren staan voor versnelling naar een toekomstbestendige waterhuishouding. Wij voelen ons daarmee in onze amendementen gesteund en hopen dat we dat in de stemming ook terug zullen zien.

Wij zullen de dictums van amendementen A7 en A8 aanpassen, in de hoop de door de heer Dewachter genoemde punten, die zij hierin als problematisch ervaarden, er hiermee uit te halen.

Wat betreft uiterlijk 2040 in plaats van 2050 verschillen we helaas van mening. Wij vinden het juist heel belangrijk om het eerlijk perspectief te bieden en dit juist te kunnen communiceren naar andere partijen. Dus ook deze zullen we anhouden zoals hiervoor ingediend.

Stemverklaring bestuursprogramma:

Er zijn mooie zaken opgenomen in het bestuursakkoord, en ook wat amendementen aangenomen, waarvoor dank. Echter reiken de ambities nog niet ver genoeg voor de doelen. We stemmen daarom tegen, maar hopen wel de komende vier jaar in gesprek te gaan en blijven en over vier jaar wel voor een mooi akkoord te kunnen stemmen.