KRW impuls Brabant
Zet écht alles op alles
We onderschrijven het belang om een maximale inspanning te leveren voor schoner en gezond water in het kader van de doelen vd KRW. De partij voor de Dieren heeft dan ook vanaf het begin dat we hier in het waterschap zitten, gewaarschuwd dat de maatregelen die we nu hebben niet voldoende zijn om de KRW doelen tijdig te gaan realiseren. Dus ik snap ook heel goed dat er nu vlak voor de deadline naar noodmaatregelen gegrepen moet worden. Dat had niet gehoeven. En zelfs nu zien we een maximale inspanning niet terug in dit voorstel.
Dan een aantal punten over het stuk zelf
Wij maken ons zorgen om het doel van de KRW impuls Brabant. De eerste KRW deadline dateert van 2000, 25 jaar geleden. 2x maal is er uitstel gevraagd. Wij begrijpen niet dat het waterschap na de laatste uitstelmogelijkheid in 2015 alles op alles heeft gezet. Nu zegt Brabant maximaal in te willen zetten - opnieuw - op het behalen van de doelen. Het echte waarom, lezen we in de risicoparagraaf. Te voorkomen dat Brabant op waterslot gaat. Er staat “Brabant open te houden voor economische en maatschappelijke ontwikkelingen staat er. En dat werd in het begin van de vergadering door mevr Ruys pijnlijk bekrachtigd. We zien dit terug bij de maatregelen of het ontbreken van bepaalde maatregelen. De bedoeling lijken we uit het oog verloren. De Partij voor de Dieren wil dat het waterschap écht alles op alles zet om tenminste de afgesproken KRW doelen te halen, want die afgesproken doelen waren het bare minimum en díe dreigen we zelfs niet te halen.
Wij vinden het goed dat het waterschap de samenwerking heeft opgezocht met provincie en andere waterschappen, maar wij willen dan ook meegeven: zorg voor een inhaalrace in plaats van een impuls. Een ‘impuls’ geeft een zwakke connotatie aan wat een inhaalrace zou moeten zijn. Zet maximaal in op de doelstelling van de KRW, en committeer je op het doel, de verbetering van de ecologie en waterkwaliteit. Het beschermen van natuur, flora en fauna. Het beschermen van ook de vissen. Dat doet het waterschap nog niet voldoende. Ze geeft nog steeds visrechten uit. En sterker nog, het waterschap promoot de onderwaterjacht op haar website. Daar staat bijvoorbeeld:
“Ben je op zoek naar een mooie plaats om te vissen? Wij hebben vijf van onze mooiste visplekken voor u uitgezocht.”
Het is níet te rijmen met enige ethiek, en ook niet met de doelstellingen van de KRW. Wij hadden van dit progressieve waterschap met 7 zetels van Waternatuurlijk gehoopt dat er eindelijk een voorstel zou liggen om de onderwaterjacht uit te faseren. Ik vind het onbegrijpelijk dat hier het waterschap geen verantwoordelijkheid neemt. We zijn blijkbaar niet te bang om met deze KRW impuls boeren gedwongen uit te kopen, maar het ontnemen van het jachtpleziertje waarmee vissen bejaagd worden, ziek worden, doodgaan door een bataljon aan visjagers dat zou dan het waterschap te ver vinden gaan. Nu zeg ik bataljon, maar feitelijk weet het waterschap niet eens hoeveel vispassen er door hun huurders uitgeven. Daar wordt niet op gestuurd. Bij het verhuren van rechten om wilde dieren te bejagen spreekt het waterschap niet eens een maximum af. Hoe kun je dan claimen dat je je inzet voor versterking van de ecologie in onze wateren? Onze vraag aan het DB is daarom. Zet je je echt consequent in op de verbetering van de waterkwaliteit voor de ecologie? En zo nee, waarom niet. En, Is het DB het met ons eens dat het uitfaseren van het uitgeven van visrechten in onze wateren niet minder ingrijpend is dan gedwongen uitkoop van boeren? En vinden we het in deze context rechtvaardig om de hobbyjacht ongemoeid te laten?
Nog een ander punt is, de brabantse waterschappen zetten in op reductie van landbouwgif. Daar staan wij achter, vanzelfsprekend, al mag het wat ons betreft nog meer. Na 4 decennia KRW doelstellingen worden er op dit moment bij 16 van de 37 openbare drinkwaterwinningen gewasbeschermingsmiddelen aangetroffen in het opgepompte water, en op twee locaties zijn aanvullende zuiveringsstappen al noodzakelijk gebleken. Het gaat slecht met de insectenpopulaties. De vlinderpopulaties zijn tussen 1992 en 2024 bijvoorbeeld met 56% afgenomen. Het Icarus blauwtje wordt nog nauwelijks waargenomen. De overbemesting helpt daar ook niet aan mee. Wij vragen ons af, hoe kunnen we met droge ogen uitleggen dat het waterschap de afgelopen 25 jaar of na 2015 alles op alles heeft gezet om de KRW doelen te realiseren? Zetten we ook nu wel maximaal in om gebruik van “gewasbeschermingsmiddelen” terug te dringen? De provincie Utrecht neemt in hún KRW impuls op dit vlak een belangrijke maatregel, die ik in dit stuk mis: Ze wil de bedrijfsomschakeling naar niet biologische sierteelt - waar niemand van eet - onmogelijk maken. Waarom kiest Brabant hier niet voor?
Op 11 april waren er een paar duizend mensen op de been op Pesticidevrijdag. Wat pesticiden veroorzaken aan mens, dier en natuur is schrijnend. Als waterschap moeten we daar wat ons betreft het voortouw in nemen - mede in het kader van de KRW - en op zijn minst op de eigen pachtgronden zorgen dat pesticiden daarop niet meer worden toegestaan. Hoe ver is het DB hiermee? Of kiezen we alleen voor groen doen als het ons uitkomt?
Bovendien, missen we echt forse inzet op de directe en indirecte lozingen. Arcadis geeft aan dat waterschappen veel meer gebruik kunnen maken van hun adviesrecht bij vergunningen voor indirecte lozingen. Dit vonden wij niet terug in de KRW impuls. Waarom niet? Er staat er bij maatregel 17: “Waar nodig spreken wij gemeenten aan als zij onvoldoende voortgang boeken.”. Vervalt het waterschap daar niet weer in gesprekken voeren in plaats van maximale inzet? Hoe kunnen we boeren gedwongen uitkopen en tegelijkertijd de industrie PFAS laten uitstoten en lozen en giftige staalslakken als circulaire bouwmateriaal bestempelen. Ik zou dus graag zien dat provincie Brabant zich óók sterk maakt voor dwingende maatregelen naar het rijk om de gifkraan landelijk dicht te draaien. Het zou mooi zijn als ook boerenorganisaties zich hier met ons sterk voor maakt inclusief een verbod op de huis tuin en keuken middeltjes die onschuldig lijken maar zeer schadelijk zijn. Dan staan we samen zij aan zij voor betere waterkwaliteit.
Tot slot, is vandaag een aantal keer aangegeven dat we de melkveehouderij nodig zouden hebben. Dat is een mening en geen feit, want diverse onderzoeken laten zien dat we ons prima plantaardig kunnen voeden en op een andere manier bemesten. Stikstof, klimaat, dierenleed, waterkwaliteit, allerlei zaken kunnen we hier voor aanzienlijk deel mee oplossen. De bio-industrie is géén volhoudbaar systeem. De partij voor de dieren bepleit dan ook sterk een einde aan de bio-industrie.
Interessant voor jou

Bijdrage: Actuele klimaatprognoses voor doelmatig en betrouwbaar watermanagement
Lees verder